Overslaan en naar de inhoud gaan

Top navigation

Residentie Juki Rosiers en Quan Bui Ngoc (2023)

Tijdens de maand oktober bezette Platform-K studio 1 in Campo Victoria. Juki Rosiers ging er op residentie, samen met choreograaf Quan Bui Ngoc. Na Juki’s eerdere residentie onder leiding van Bérengère Bodin was dit voor Juki een nieuwe zoektocht in haar traject als (solo)danser. Eind oktober was het tijd voor een intern toonmoment, en kort daarvoor gingen we nog even samen in gesprek.

Dit is voor ons allebei heel nieuw - Juki

 

Dag Juki, dag Quan, hoe zijn jullie beginnen samenwerken?

Juki: Mijn mama was eens met me op wandel, en ze polste: stel dat je iets zou maken met Quan, zou je dat zien zitten? Ik dacht eerst dat het over mij en Oskar zou gaan omdat ze ons altijd vergelijken. Ik stond er wel voor open maar ik schrok wel even dat het enkel voor mij bedoeld was.

Quan: Ik had al eerder met Platform-K samengewerkt. Zo had ik al eens een solo gemaakt met Véronique. Hierdoor was er al een geschiedenis tussen mij en de organisatie. Wat mij aantrekt aan Platform-K is de specificiteit van de dansers. Ze zijn niet altijd de meest stabiele performers, maar dat maakt het net interessant.
Juki had al een aantal workshops van mij gevolgd en ze viel me altijd op. In een gesprek met Inge, de artistiek coördinator van Platform-K, merkten we op dat Juki haar capaciteiten als solo performer nog niet vaak heeft onderzocht. Dat was voor mij dan ook een mooie reden om met haar te werken.

Juki: Frauke, mijn dansdocent, vertelde me ook dat zowel Quan als ik van Vietnam afkomstig zijn. Twee Vietnamezen samen, dat leek een leuk duo. En ik had sowieso wel vragen over mijn achtergrond omdat ik geadopteerd ben.

Quan: Mijn link met Vietnam is nog steeds erg levend, en dat is natuurlijk prikkelend in gesprek met elkaar. Juki kent Vietnam alleen van verhalen en wil vooral graag meer weten.

Hoe werken jullie rond die link?

Juki: Ik herken meteen dat Quan ook van Vietnam is, door zijn uiterlijk. Toch vraag ik me soms af waarom hij mij gekozen heeft, maar het is interessant om die zoektocht in dans om te zetten.

Quan: Ik bouw eigenlijk een context rond Juki en hoe ze nu is, hier in België. Het is een eerste stap in de ontmoeting van die twee culturen. We moeten een balans vinden waarin Juki echt meer ontdekt zonder zichzelf te verliezen. Daarbij helpt mijn ervaring in het Europese danslandschap natuurlijk, want mijn manier van werken is wel meer Europees. Daar voeg ik kleine elementen van Vietnam aan toe. Bijvoorbeeld poses, bewegingen of afbeeldingen van Vietnamese folkloredans. Of ik zet haar op een verhoog, alsof ze een standbeeld is. In de Vietnamese cultuur nemen standbeelden een belangrijke plek in, als afbeeldingen van helden die we aanbidden. Maar eigenlijk gaat dit vooral over Juki, over wie zij is vanbinnen, en hoe ze op die nieuwe informatie reageert.

Juki, eerder resideerde je al in deze studio met Bérengère. Wat is er nu anders?

Juki: Bérengère werkte meer theatraal met mij. Ik zocht toen vooral mijn weg als performer. Bij Quan is het meer gedanst, beweeglijker. We zoeken nu een duidelijker onderscheid tussen toneel en dans en maken een mix tussen acteren en performen op scène. Quan wil ook meer werken op grijze zones. Ik denk vaak erg zwart-wit, en soms zorgt dat ervoor dat ik blokkeer., Hij daagt me uit om daar uit te komen. Voor mijzelf is dat iets algemeen: ik hecht me aan mensen en dan laat ik niet los. In dans moet ik dat constant loslaten, die hechting.

Hoe was jullie eerste ontmoeting?

Juki: Dat was vorig jaar tijdens een workshop die Quan gaf aan conservatoriumstudenten. Toen was het werk erg abstract. Hij had een idee en ik moest dat dan uitvoeren. Het was ook direct met contact in groep, elkaar handen geven, heel lichamelijk.

Was dat voor jou een uitdaging?

Juki: Nee voor mij niet. Als danser ben ik dat gewend. En zo leerden we elkaar wat beter kennen.

Toen jullie hier in Campo zijn begonnen, hebben jullie dan gesproken over het doel van deze residentie?

Juki: Dat het zou gaan over emoties, mij en Vietnam. Ik ben Vietnamees maar groeide op in België. Wij zien een link tussen ons twee door die roots maar wie zijn we daar buiten? Die zoektocht. De emoties, dat komt vooral omdat ik vaak blokkeer vanuit mijn zwart-wit denken. Nu zoeken we samen naar die overgangen tussenin, en hoe die ook in dans zichtbaar kunnen zijn. Die grijze zone is voor mij iets heel delicaat, omdat dat met mijn autisme echt lastig is.

Quan: Ik wil vooral dat Juki voelt dat er iets uit Vietnam in haar zit. Niet alles, ze is ook heel Belgisch. Maar ik wil haar iets anders leren kennen dan waar ze al die jaren aan heeft gewerkt. Dat doe ik door heel specifieke taakjes of beelden op te bouwen. Er is bijvoorbeeld een heel typische soort overjas die in Vietnam wordt gedragen tegen de zon. Het heeft een kap die erg dicht op het gezicht zit en mensen rijden zo met een bromfiets door het land. Dat staat echt voor wat Vietnam vandaag is. In ons toonmoment zal Juki zo’n overjas dragen. Zo’n element brengt die twee werelden bij elkaar. Maar ik geloof ook dat dat iets is dat moet bezinken, nu heeft Juki geen tijd om al die dingen meteen te verwerken.

Heb je het gevoel dat wat je nu onderzoekt, nog lang gebruikt kan worden in je dans?

Juki: Ik denk van wel, alles dat wij doen met Quan is heel leerrijk en ook heel bewust met mijn lichaam, bewuster in de zin van: waar gaat mijn arm naartoe? Ik zit constant te malen in mijn hoofd en daar word ik vaak moe van. Quan leert me meer via mijn lichaam denken.

Hoe leer je daar nu mee omgaan?

Juki: Door het gewoon te doen. Het is oké wie je bent en je moet je niet forceren of op het negatieve focussen. Denken dat het niet lukt, daar heb je niets aan. Als er een opening is lukt het wel, stapje voor stapje met de juiste begeleiding. En fantasie cultiveren. Fantasie vind ik moeilijk omdat ik dat niet begrijp als het geen ‘toneel’ is. Maar ik leer nu op andere manieren denken waardoor ik meer kan uitvoeren met mijn lichaam. Ik moet ook soms loslaten wat het publiek ziet of denkt en mezelf gewoon uiten.

Quan: ik zet haar op dat podium, ook om de ruimte in te durven nemen. Tegelijkertijd limiteert het haar en denk ik dat het haar helpt om los te komen van gewoontes, bewegingen waar ze altijd naar grijpt. Ze ontsnapt uit wat ze altijd zou doen en is even gedwongen om soliste te zijn. Dat is iets dat ik snel zag aan Juki: ze is fantastisch in groepen, waar ze helemaal in kan smelten. Op dat podium heeft ze die keuze niet, wat haar uitdaagt om haar bewegingen scherp te maken of beter te kiezen.

Juki: Quan zet mij voor de choreografie op een podium. Op een bepaald moment moest ik in Vietnamese hurkposities zitten. Dat lang zitten is echt een uitdaging: ik ben heel lenig, maar ik verlies mijn balans. Maar Quan leert me doorzetten. De dingen die typisch ‘ik’ zijn hoeven geen drempel te zijn.

Nu zoeken we samen naar die overgangen tussenin, en hoe die ook in dans zichtbaar kunnen zijn. Die grijze zone is voor mij iets heel delicaat, omdat dat met mijn autisme echt lastig is. -Juki
Rudy Carlier

Hoe gaan jullie om met de rollen van choreograaf en danser in de samenwerking?

Juki: Ik moet meer communiceren naar hem toe zodat hij ook begrijpt waar mijn triggers zitten. Soms moet ik zeggen: stop hier zit ik vast, zodat hij kan ingrijpen. Ik ben niet afhankelijk van de begeleiding zoals ik dat ben bij een training. Platform-K is hier aanwezig in de ruimte, maar het is de bedoeling dat ik zelfstandig leer samenwerken. Soms kan Quan het heel moeilijk bevatten dat ik de neiging heb om dingen weg te lachen uit ongemak. Zo leer ik dat op zich ook wel af. Nu heb ik ook geleerd dat dit voor ons allebei nieuw is. We moeten gewoon samen een manier vinden om elkaar te verstaan.

Quan: We werken op verschillende manieren rond beweging, omdat ik denk dat het goed is om haar bloot te stellen aan nieuwe werkvormen. Binnen die één-op-één relatie wil ik haar vooral doen groeien en leren wat ze waard is.

Wat komt er in deze residentie heel specifiek uit Juki?

Juki: Mijn manier van met kracht omgaan, mijn manier van zijn als mens, hoe ik kijk. Ik ben iemand die snel dingen oppikt, sneller dan anderen denk ik. Mijn huiswerk was bijvoorbeeld alles uit mijn hoofd schrijven, dat kan ik heel goed.

Quan: Elke danser met wie je werkt, beïnvloed je. Er zijn altijd dingen die je verrassen. Bij Platform-K is er sowieso de leercurve om meer flexibel en begripvol om te gaan met elkaar, om nieuwe manieren van communiceren op te zoeken. Wanneer raakt deze danser gespannen, wanneer kan ik net even doorduwen? Dat is ook zo bij Juki. Wat ik wel merk is dat Juki echt een choreograaf nodig heeft als gids, om haar uit haar comfortzone te halen. Tegelijkertijd vraagt ze om met zichzelf geconfronteerd te worden, wat een heel dankbare vorm is om dans uit te maken. Zo werken we met beweging, maar blijft het ver van abstractie omdat Juki concrete dingen nodig heeft. Dat heeft ook effect op het toonmoment: de bron komt van een ver land, maar doordat Juki concrete dingen gebruikt kan elk publiek er wel iets in vinden. Ook Juki’s zwart-wit denken is net wat ons aanzette om echt vanuit emotie te werken.

Hoe beïnvloed jullie gedeelde achtergrond deze samenwerking?

Juki: Dat schept een band. Ik zie mij in hem, maar ik snap soms niet helemaal: ben ik echt van Vietnam? Er zijn heel veel factoren die ons verbinden. Het is niet dat hij Vietnamees is dat wij meteen makkelijk samenwerken. Die zoektocht komt nog.

Quan: Ik woon zowel in Vietnam als België en kom er nog vaak. Voor Juki is het een abstract idee om Vietnamees te zijn. Dit project gaat haar vragen niet allemaal kunnen beantwoorden. Maar misschien is het een startpunt om zichzelf te ontdekken. En ook de dualiteit van onze persoonlijkheid. Als ik hier ben, ben ik ook niet echt Vietnamees. Ik wil Juki vooral kennis laten maken met een nieuw referentiekader.

Als je deze residentie in één woord moet samenvatten, wat kies jij dan?

Juki: Vietnam. Het gaat over de temperatuur daar, de vochtigheid, maar vooral hoe ik dat in mijn lichaam kan uitstralen. Hoe laat ik die plaats in mijn lichaam bezinken? Het is niet dat ik van Quan geleerd heb om naar mijn land te gaan of zo, al dacht ik dat dat ging gebeuren. Ik ben van hier. Maar misschien zou het nu wel makkelijker zijn om de stap naar Vietnam te zetten.

Quan: Ik kies voor ‘delen’. We hebben geprobeerd delen van onszelf met elkaar te delen, te laten botsen. En ik denk dat we allebei nog heel lang de gevolgen van deze ontmoeting zullen voelen. In wie we zijn, in hoe we dansen.

WIE IS QUAN?

Quan Bui Ngoc (°1976, Hanoi) danste bij het Ballet van de Opera van Hanoi voor hij in 1997 de wereld overstak naar Frankrijk. Later kwam hij terecht bij laGeste waar hij samenwerkte met ronkende namen als Alain Platel, Lisi Estaras en Juliana Neves. Quan leerde Juki voor het eerst kennen toen Platform-K deel uitmaakte van het massaspektakel Le Sacre du Printemps (2018).

WIE IS JUKI?

Juki Rosiers volgt sinds 2015 de dansopleiding bij Platform-K en maakt nu deel uit van de ervaren groep. Ze benoemt haar eigen dans als ‘haar binnenste naar buiten brengen’ en kreeg van dansdocent Fanny Vandesande al het compliment dat ze binnen een combinatie van zacht en stevig vooral altijd durft. In 2018 ging ze voor het eerst in residentie, toen met Bérengère Bodin. Het resultaat hiervan noemden ze ‘Night Butterfly’. Juki was ook te zien in Het Narrenschip(2020) en RESET (2019).